Voorkomen in onze populatie
De prevalentie van tyrosinemie type II wordt geschat op minder dan 1/200.000 pasgeborenen per jaar.
Verloop van de ziekte
Tyrosinemie type II wordt veroorzaakt door een defect van het enzym tyrosine aminotransferase, de eerste stap in de afbraak van het aminozuur tyrosine. Dit veroorzaakt erg hoge waarden van tyrosine in de weefsels en de lichaamsvochten. Hierdoor ontstaan er tyrosinekristallen in het hoornvlies (cornea), wat aanleiding geeft tot pijnlijke dendriforme ulceraties van de cornea. Dit gaat gepaard met fotofobie en kan, meestal tijdelijk maar soms permanent, de visus aantasten.
Verder ontstaan er in de huid, vooral op handpalmen en voetzolen pijnlijke zones van hyperkeratose, soms in die mate dat patiënten niet meer stappen en rolstoelgebonden zijn.
Intellectuele handicap is aanwezig bij ongeveer de helft van de patiënten die een diagnose krijgen op basis van klinische presentatie. ADHD komt ook vaker voor.
Opsporing en diagnostiek
De opsporing gebeurt door bepaling van de verhouding
((Iso-)Leucine+Valine)/(Phenylalanine+Tyrosine) gecombineerd met de verhouding Phenylalanine/Tyrosine (waarvan de hoge grens reeds gebruikt wordt voor de screening naar PKU). De metabolieten voor deze ratio worden bepaald door middel van tandem Massa Spectrometrie op een gedroogd bloedstaal.
De diagnose wordt gesteld door kwantitatieve chromatografie van de aminozuren op plasma, onderzoek van de organische zuren in de urine door GCMS, en mutatie-analyse van het tyrosine aminotransferase gen. Na de diagnostische fase worden geen vals-positieve gevallen gedetecteerd.
Behandeling en opvolging
Verdere diagnostiek, behandeling en opvolging van opgespoorde patiëntjes dient te gebeuren in één van de Gespecialiseerde Centra voor zeldzame monogenische erfelijke metabole ziekten of CEMA’s (referentiecentra), waar een multidisciplinaire aanpak aangeboden wordt met o.a. gespecialiseerde diëtisten.
De behandeling bestaat uit een dieet arm aan tyrosine en phenylalanine, vergelijkbaar met het dieet bij tyrosinemie type I (maar zonder behandeling met nitisinone). Onder deze behandeling verdwijnen ook de letsels van de cornea en de huidafwijkingen. Vroege behandeling (onder de leeftijd van 3 maand) voorkomt de cognitieve problemen die de ziekte veroorzaakt.
Argumenten voor bevolkingsonderzoek naar deze aandoening
Zonder neonatale screening laat klinische diagnose vaak jaren op zich wachten, waardoor de kinderen (en ook volwassenen) jarenlang hoger vernoemde pijnlijke problemen hebben en bovendien risico lopen op het ontwikkelen van een intellectuele handicap. Vroegtijdige diagnose door neonatale screening en behandeling voorkomt alle gevolgen van de ziekte.
De neonatale screening op gedroogde bloedspots met behulp van tandem MS is een betrouwbare, praktisch haalbare en betaalbare test, die tevens als aanvaardbaar voor de ouders ervaren wordt. Er zijn bijkomende testen beschikbaar voor het stellen van de definitieve diagnose van de aandoening.
Genetica
Tyrosinemie type II is een autosomaal recessief overerfbare aandoening (herhalingsrisico van 1:4 binnen het gezin bij elke zwangerschap).